Elk jaar moeten de producenten de weersomstandigheden incalculeren om de Champagne het karakter te kunnen geven waar hij zo beroemd om is. De ligging van de wijngaarden, de bodemgesteldheid en het weer hebben veel invloed op het uiteindelijke resultaat. Het is dus heel moeilijk om een perfect resultaat te bereiken en dat is zeker een van de redenen dat Champagne als zo’n edele drank te boek staat en dat de Champagnegebieden zo beroemd zijn.

Geografie van de Champagnewijngaarden

De Champagnewijngaarden liggen op een hoogte van 90 tot 300 meter. Ze liggen noordelijk van de overige wijngaarden, die gebruikt worden voor andere lokale wijnen.

Het klimaat van de Champagne, een belangrijke factor

De wijnstok die voor het maken van Champagne gebruikt wordt is grillig, want hij heeft een klimaat nodig dat erbij past. De condities van de regio zijn heel speciaal door de combinatie van zee- en landklimaat. De grote afwisseling in temperatuur en weersomstandigheden is heel belangrijk voor de ontwikkeling van de wijnstok. Voor een optimale rijping is het van belang om de juiste druivensoort te kiezen. Zo weet men bijvoorbeeld dat vroegrijpe druivensoorten het in koude periodes beter doen.

De bodemgesteldheid van de Champagne

De verschillende departementen en geografische plaatsen van de regio hebben een verschillende bodemgesteldheid. Zo vindt men in de Champagne mergelgrond, zandgrond en ook pure krijtgrond. Deze laatste geeft zowel vocht als zonnewarmte terug. De Champagnewijngaarden ontwikkelen zich dan ook op al of niet met klei vermengde, kalkachtige bodem, zodat ze van dit dubbele voordeel kunnen profiteren.

Mede door deze factoren zijn de Champagnegebieden zo bijzonder.